kweeperensalade

Barbara
13.11.2011

Net als je gedacht had dat we geen kweepeerrecepten meer uit onze mouw konden schudden, krijg je er nog ééntje. Een laatste, het seizoen van de kweeperen loopt ook bijna ten einde. Dan kan je een zucht van opluchting slaken en ben je gerust tot volgend jaar.

IMG_4265

Omdat kweepeer rauw niet eetbaar is, moeten de kweepeerpartjes voor deze salade heel traag en lang gekookt worden. Dit doe je gewoon in de oven, dus heb je hier verder geen last van.  Ik ben normaal gezien niet wild van roquefort, maar hier is ie gewoon perfect op zijn plaats.

Ik gooi er ook nog een granaatappel bij, omdat het volop seizoen is hiervoor. Ze zijn zwaar en sappig en superlekker. Gewoon even de pitjes eruit wrikken en ze geven je salade een heel fonkelende zwierigheid. Als je deze salade maakt buiten het granaatappelseizoen, laat je deze gewoon weg, niemand zal het weten.

IMG_43021

Dit heb je nodig

    voor de geconfijte kweeperen
    • 2 kweeperen
    • ½ citroen (onbespoten)
    • 1 appelsien (onbespoten)
    • 2 laurierblaadjes
    • 2 dl witte wijn
    • 4 dl water
    • 5 el suiker (ongeraffineerde rietsuiker)
    • 15 zwarte peperkorrels
      voor de salade
      • 1 kleine krop salade of een mix van verschillende blaadjes (jonge spinazie, rucola, romeinse sla, …)
      • 150 gr roquefort
      • ½ granaatappel (of meer als je dat lekker vindt)
        voor de dressing:
        • 1 tl mosterd
        • 1 el azijn (bv appelazijn of witte wijnazijn)
        • 4 el olijfolie

        Zo maak je het

        Verwarm de oven voor op 140 graden. Was de kweeperen en wrijf ze schoon met een propere handdoek. Schil ze, met een dunschiller en snijd het kroontje en het topje ervan af. Snijd de kwee in 4 partjes. Snijd het klokhuis uit de partjes (voorzichtig! kweeperen zijn erg hard!). Snijd de partjes elk nog in 3 à 4 dunnere schijfjes. Gooi en schillen en klokhuizen niet weg.

        Vul een pot, die ook in de oven mag (geen plastieken handvaten, liefst een zwaar gietijzeren gevalletje) met de wijn, water, suiker, laurier. Snijd met een dunschiller 4 schilletjes van de citroen en 4 schilletjes van de appelsien en gooi ze bij in de pot. Pers ½ citroen en 1 appelsien uit, giet het sap ook bij in de pot. Kneus met je mes (of in de vijzel) de peperkorrels en doe deze ten slotte ook in de pot. Breng dit aan de kook.

        Voeg de partjes, de schillen en de klokhuizen bij de kokende siroop, en zet terug op het vuur tot de vloeistof weer kookt. Zet daarna je potje, met deksel in de oven, en laat hier 2 uur garen. Kijk af en toe dat het niet overkookt, dan zet je de temperatuur wat lager.

        Als de twee uur verstreken zijn, haal je de pot met kweeperen uit de oven. Zet de oven nog even op 200 graden om de pistachenoten te roosteren.

        De kweepeerpartjes vis je uit de siroop (de schillen en de klokhuizen heb je niet nodig, die kookten mee om meer smaak te geven en door de pectine wordt de siroop dikker, die kan je nog gebruiken in een dessertje of om je yoghurt te zoeten). Leg ze op een bord om een beetje af te koelen.

        Leg de pistachenoten in een ovenschaaltje uitgespreid en laat ze 10 minuutjes roosteren. Daarna laten afkoelen op een bord.

        Snijd de granaatappel in 2. Breek open en haal alle pitje eruit. De witte vliesjes gooi je weg, die zijn bitter.

        Maak de dressing door alle ingrediënten te mengen plus 1 el van de siroop van de peertjes, of in een confituurpotje even te schudden. Kruid met voldoende peper en zout.

        Op een grote schaal, schik je de sla. Hierboven schik je de kweeperen en de roquefort, die je in stukje breekt. Daarboven komen de nootjes en de granaatappelpitten. Giet de dressing erover net voor je opdient, en eet met lekker brood!