Uientaart
Op mijn lijstje goede voornemens van 2015 staat in hoofdletters én in drievoud het devies: LEZEN LEZEN LEZEN. Een mantra dat ik voor me uit fluister als ik weer eens dreig tijd te gaan verspillen aan nutteloos gepruts op het net. Geïnspireerd door de imposante boekenkast van Diny Schouten, de Nederlandse culinair journaliste die heldhaftig slagersvrouw werd, staan een aantal grande dames van het eetschrijven op het programma: MFK Fisher, Claudia Roden en Elizabeth David. Tijdens een nachtelijke bezoek aan haar Amsterdamse appartement doken Jo en ik in de collectie kook- en eetboeken waar Diny een speciale kast voor liet maken. Aan de eettafel in een roes van rode wijn en een mistgordijn van sigarettenrook (dat was voor de goede voornemens) praatten we lang door over de noodzaak van tot in de puntjes geteste recepten, de zucht naar tijd om één onderwerp tot op het bot uit te werken en meanderende paden die onze levens nemen.


Het eerste boek dat ik aanviel in het nieuwe jaar werd Elizabeth David, een dame in de keuken. Een boek met verhalen en recepten én een voorwoord van Diny Schouten, zo blijkt als ik het opensla. Toeval is geen optie. De rebels rondreizende Britse die ontsnapte uit haar upperclass milieu schrijft prachtige stukken tekst. Zelf de recepten las ik stuk voor stuk, omdat ze ook daar kwistig met anekdotes en onmisbare weetjes blijft strooien.
Dit recept voor uientaart van Elizabeth David heb ik lichtjes aangepast – ik voegde nog wat geroosterde look en salie toe voor extra pit. Elizabeth draait zich om in haar graf, want ze had een bloedhekel aan salie – een kruid dat volgens haar altijd misplaatst was. Nu ben ikzelf van mening dat een paar blaadjes salie in deze taart waarlijk hun bestaansrecht hebben.
Het meest geweldige aan het recept is het deeg – dat ik je vanaf nu zou aanraden voor àlle hartige taarten die je maakt. Mijn levenslange hekel aan quiche (of wacht – het zou kunnen dat ik in de jaren 2000 mij heb bezondigd aan overdossisen van dit gemaksvoedsel) blijkt vooral zijn oorsprong te vinden in het kleffe voorgemaakt deeg dat hiervoor gebezigd wordt. Een bros deegje als het deze kan mij daarentegen zwaar bekoren.



Dit heb je nodig
- 120 g bloem
- 60 g boter
- 1 ei
- zout
- 750 g uien
- 60 g boter
- een geutje olijfolie
- 3 eierdooiers (ik gebruik volledige eieren)
- 125 ml room
- peper, zout, nootmuskaat
- 1 kleine bol knoflook
- 8 blaadjes salie
Zo maak je het
Maak een kuiltje in de bloem, doe hier de in kleine stukjes gesneden boter, het ei en een snuif zout in. Kneed met je handen alles snel bij elkaar. Eens je van het deeg min of meer een bal kan vormen, duw je het deeg plat en vouw je het weer toe, dit herhaal je tot het een mooi samenhangend deeg is geworden. Leg het deeg afgedekt in de koelkast. Elisabeth zegt minstens 2 uur, maar ik denk dat een uurtje ook al heel wat is.
Verwarm de oven voor op 180 graden. Snijd het topje van een bol look. Leg de bol in een ovenvast schaaltje, giet er een royale geut olijfolie over en laat een half uur à drie kwartier roosteren. De look moet zo zacht zijn, dat je het vruchtvlees uit de teentjes kan knijpen.
Snijd de uien fijn. Smelt de boter en een scheut olijfolie in een pan met dikke bodem. Stoof hierin de uien gedurende minstens een half uur, met het deksel op de pan. Als je graag bruine uien hebt, kan je ze op het einde zonder deksel nog even laten karameliseren. Voeg zout, peper, nootmuskaat en gehakte salie toe.
Klop in een mengkom de eieren los met de room. Knijp de bol geroosterde look uit en hak deze fijn. Meng onder het eiermengsel, samen met de gestoofde uien.
Haal het deeg uit de koelkast. Bestuif je werkvlak met bloem en rol het deeg zo dun mogelijk uit. Bekleed een taartvorm met het deeg en vul met het uienmengsel. Als je deeg over hebt, kan je loos gaan met decoratieve vormpjes op de taart. Bak de taart 30 minuten in de voorverwarmde oven.